InleidingDeze week de vijfde week dat er getraind gaat worden in een topgroep en een normale groep. De topgroep houdt zich gedurende een uur bezig met de bovenste zijde van de afbeelding (oefening rood, zwart en oranje). Aan te raden is om met oefening rood te beginnen. De normale groep zal actief zijn in oefening geel, blauw en oranje. Elke oefening duurt ongeveer 15 min. Oefening rood5 x liften vanaf de eerste rode pion. Begin simpel, dus: niet al te hoge snelheid rennen -> bal stil leggen -> liftje (graag bij linkervoet). Maak de oefening steeds lastiger: hogere snelheid, zonder de bal stil te leggen en varieer in backhand en forehand liftjes. Oefening zwartDe trainer staat buiten de cirkel, één van de spelers staat in de cirkel. De overige spelers staan buiten de cirkel te wachten op hun beurt. De speler in de cirkel krijgt 3 ballen achter elkaar aangespeeld en moet deze allemaal zo goed en snel mogelijk aannemen + schieten. Na 3 ballen is de volgende. Belangrijk dat alles op een heel hoog tempo gaat. Oefening oranjeDe oefening start met een lange pass in de loop van F naar A. A start bij de dubbele pion en vertrekt naar voren richting de enkele pion. A ontvangt de pass van F in de loop, maar ontvangt de bal wel met de forehand. Na de aanname een korte loopactie, gecombineerd met en korte versnellende dummy naar binnen. Daarna direct een harde pass richting de tweede bal, die door de derde speler wordt binnen getipt/geslagen/getikt. Belangrijk bij deze oefening is dat A altijd in beweging is. Oefening geelPartijtje; 2 teams - 1 goals per team + 1 cirkel in midden. Je kan alleen scoren door te drijven. Scoren mag aan de voor- en achterkant van het doeltje. De cirkel in het midden is van de trainer. Hier mogen geen spelers of passen doorheen komen. De trainer staat in deze cirkel en speelt bij overtredingen snel een bal in het veld. Oefening blauwTwee teams racen steeds tegen elkaar. Doe verschillende vormen. Denk hierbij aan: 1 vs 1 slalom, 2 vs 2 slalom (passes met 1 of 2 balcontacten). Wie als eerste de plank raakt krijgt een punt. De trainer bepaalt zelf bij welk puntenaantal een team gewonnen heeft. Oefening groenMaak tweetallen; één van de twee staat bij het poortje (A), de ander bij de enkele pion (F). F passt alleen maar uit stilstand, A beweegt steeds op en neer tussen de linker en rechterpion. Dus, F speelt een pass naar de linkerpion, A neemt de bal aan, speelt deze terug naar F, beweegt direct naar de linkerpion en ontvangt dezelfde bal van F. Herhaal dit voor 30 sec en laat de spelers tellen hoeveel passes er in totaal zijn gespeeld. Wissel daarna om en doe exact hetzelfde. Maak de oefening moeilijker door bijv.: een extra bal in het spel te doen (A drijft steeds met de bal van links naar rechts tussen de passes in), F liftpasses te laten geven of backhand aannames te doen + passes te spelen. Wees zelf ook creatief hierin.
1. Tijdens het dribbelen van de bal veel liever drijven dan kleine tikjes geven. 2. Bij pass-oefeningen zorg ervoor dat het aannemen + passen (2x aanraken) is.3. Maak de oefeningen voor elk leeftijdscategorie uitdagend.4. Houd het strak. Geef de kinderen de kans om tussen de oefeningen door te kletsen, maar als de oefening start is het ook echt hockey.
This practice has no coaching points
This practice has no progressions
How did the Modern Olympics originally begin and why are they so culturally significant today?
The Professionalisation of Netball is changing the game. Here is how it is helping to develop the sport.
Scoring more goals is often the key to victory in netball. Here's how Sportplan can help you achieve this.